Proefschrift dr. Arne Vanhoudt over verschillende aspecten van de Ziekte Van Mortellaro.
Arne Vanhoudt heeft dit onderzoek uitgevoerd op de Veterinaire Faculteit in Utrecht en is nu werkzaam bij Royal GD. Arne heeft namens Royal GD zitting in het HEC.
De link naar het volledige proefschrift is: https://doi.org/10.33540/1746
De hoofdconclusies worden hieronder samengevat samen met de link naar het gepubliceerde artikel.
Open innovatie- en kenniscentrum VKON zet diergezondheid en dierenwelzijn centraal in de transitie naar circulaire veehouderij. Vanuit het project Kringlooplandbouw Overijssel wordt een serie podcasts opgenomen over verschillende onderwerpen. Klauwgezondheid is daar een van.
De volgende link geeft toegang tot de podcast Klauwgezondheid waarbij dierenarts Chantal Duijn (VKON) in gesprek gaat met Gerrit Hooijer, voorzitter van het HEC.
Ozonwater, water behandeld met Ozon (O3), heeft antimicrobiële en antioxyderende eigenschappen. Het wordt daarom gebruikt in bv. de tandheelkunde en de voedingsindustrie.
In dit onderzoek (uitgevoerd in Estland) is gekeken of er gunstige effecten zijn bij de preventieve behandeling van Digitale Dermatis (DD, Mortellaro). Hiertoe werd een vergelijkende studie opgezet, waarbij gedurende 5 maanden de toepassing bij koeien van een spray met ozonwater (n=134) werd vergeleken met een voetbad (n=168) met aangezuurde (pH 3,5-5,5) kopersulfaat 2% (CuSO4). Overigens, voetbaden met kopersulfaat zijn in een aantal Europese landen verboden.
Veel veehouders accepteren klauwproblemen als ‘iets wat er nu eenmaal bij hoort’, merkt foktechnicus Pieter van Goor. Maar wie wil werken aan verbetering, kan volgens hem veel bereiken. Registratie in DigiKlauw helpt om grip te krijgen op klauwgezondheid. En ook fokkerij kan bijdragen aan een koppel koeien met minder problemen.
Een nieuwe abri- en radio-campagne van Wakker Dier over kreupelheid bij melkkoeien. Een op de vijf melkkoeien ervaart pijn bij het lopen. Anne Hilhorst van Wakker Dier: “De zorg voor melkkoeien schiet ernstig tekort als ruim 300.000 koeien in Nederland kreupel zijn.
Kreupelheid is één van de grootste dierenwelzijnsproblemen bij koeien. Ze moeten iedere dag lopen van de melkmachine naar de voer- en de ligplekken. Bij koeien die kreupel zijn doet iedere stap zeer. Pijn aan klauwen (voeten) en gewrichten door ontstekingen zijn de belangrijkst oorzaak van kreupelheid.
In deze studie op 8 bedrijven is een mogelijk verband onderzocht tussen stagedrag van koeien (middels pootsensoren) in de transitieperiode en het optreden van zoolbloedingen- en/of zweren 8-12- weken na het kalven. De transitieperiode werd ten opzichte van de kalfdata onderverdeeld in 3 periodes: -14 tot -2, -1 tot 1 en 2 tot 14 dagen. Het stagedrag werd beoordeeld aan de gemiddelde dagelijkse statijd en de gemiddelde langste statijd. Alleen koeien zonder zoolproblematiek met een volledige registratie van alle klauwbehandelingen werden in de studie opgenomen. 8 tot 12 weken na het kalven werden de poten bekapt en eventuele laesies geregistreerd.
Er werd geen verband gevonden tussen het stagedrag van koeien in de beide periodes voor het kalven, maar een langere statijd over de dag en langer staan per keer 0-2 weken na het kalven verhoogde het risico op het ontwikkelen van zoolbloedingen – en/of zweren. Bij vaarzen kwam minder kreupelheid voor dan bij koeien.
Auteurs beklemtonen dat deze studie mogelijk te weinig “power” heeft vanwege het lage aantal dieren met zoolbloedingen – en/of zweren. Bovendien geven zij aan dat veel risicofactoren elkaar kunnen beïnvloeden, waardoor het effect van bepaalde variabelen lastiger is te bepalen.
Het volledige artikel is hier beschikbaar.
<em>Bron: Hanna K. Eriksson, Ruan R. Daros, Marina A.G. von Keyserlingk, and Daniel M. Weary. Standing behavior and sole horn leasions: A prospective observational longitidunal study. Journal of Dairy Science 104: 11018-11034; https://doi.org/10.3168/jds.2020-19839</em>
In deze studie werd de schade op een typisch Nederlands melkveebedrijf (125 koeien) ten gevolge van suboptimale mobiliteit geschat op € 15.342 ofwel € 123 per koe.
Er werd gebruik gemaakt van een nieuw simulatiemodel, waarbij naast de directe schade ook de indirecte schade werd meegenomen. In het onderzoek waren 8 klauwaandoeningen betrokken, vijf niet-infectieuze en 3 infectieuze. De economische analyse werd uitgevoerd op basis van de locomotiescore (2-5), waarbij een scenario met en zonder afwijkende mobiliteit werd vergeleken. Daarnaast werden de weide- en opstalperiodes apart geanalyseerd.
De gemiddelde totale jaarlijkse directe economische schade voor de locomotiescores 2-5 waren respectievelijk €1129, €3098, €4354 en €480. De indirecte economische schade had een grote variatie met een gemiddelde van €6281 en bestond voor 65% uit versnelde afvoer om andere redenen en was voor 35% productiegerelateerd, met name door de lagere productie vanwege instroom van meer jonge dieren ten gevolge van de verhoogde afvoer.
In deze studie bleek dat 47% van de directe economische schade het gevolg was van locomotiescore 2 en 3. Daarom kunnen veehouders veel baat hebben bij een tijdige aanpak van relatief minder ernstig kreupele koeien. Daarnaast was opmerkelijk dat 41% van de totale economische schade het indirecte gevolg was van problemen met de locomotie.
Bron: Francis Edwardes, Mariska van der Voort, Tariq Halasa, Menno Holzhauer, Henk Hogeveen
Preventive Veterinary Medicine 199 (2022) 105551.
Verreweg de meeste koeien worden bekapt in een bekapbox, waarbij een poot wordt opgetild en een of meerdere banden onder de buik worden aangebracht. Daarbij wordt extern druk uitgeoefend op de inwendige organen, waaronder de baarmoeder. De ene koe ondergaat deze procedure min of meer gelaten, terwijl andere koeien gestrest raken. In een Deens onderzoek is nu gekeken of het bekappen van koeien laat in de dracht (stress, externe druk) gevolgen heeft voor het verdere verloop van de drachtigheid.